DE WERKELIJKHEID IS ONZE MUZE
Rafael Alberti
De haan fluit, ik huil met het paard,
hij bijt en samen met de wilde kat
die uithaalt met zijn nagels vlieg ik blazend overeind,
over het strand hollende voeten zwellen op,
de hoofden staan op springen als ballonnen.
het is verboden de bedroefde maan
te mengen met de zee of de gitaar op het balkon,
cicaden spiesen mij aan hun vertoornde tangen,
wat het model niet doen kan met haar tepels,
ik heb je lief
omdat één oor onder je hoed hangt.
Voor de zon van de vrede gekronkel van takken,
onze jaren gemerkt door slachting en moord,
mijn liefste,
onze gouden eeuw heeft verschrikkelijk als heerser,
en toch gaat er geen uur voorbij
of appels rollen door het gras.
De werkelijkheid is onze muze,
ah… maar op een voorwaarde van altijd:
dat niemand zijn verbeelding kortwiekt.