DE KERMIS VAN DE LAMPIONNETJES
Rafael Alberti
Daar begint de Kermis van de Lampionnetjes.
Zoet water en zeewater. Wie wil er nu water?
Bolussen, slofjes, lekkerbekjes,
knallen en anjers in het zicht van Málaga,
braadvetgeur tussen vrouwenborsten,
telefoongerinkel aan één stuk door,
schilderijen vallen van de muren,
de schaterlach gooit –‘oh!’–
de in een stierenperk veranderde zalen ondersteboven,
de vrolijkheid slaat op hol, slaat over op de hond,
die verandert in een jongetje dat tegen de vaten plast.
De rimpels verdwijnen uit de gezichten,
de geboorteregisters raken voor altijd zoek.
Wij zijn gelukkig.
Wij lezen voor uit ‘De begrafenis van de graaf van Orgaz’,
zoeken allemaal als gekken naar de graaf.
Hij is de enige die niet in het verhaal te vinden is
en de voordracht onmogelijk kan horen.