Dronken 3 (Vincent)
Babak amiri
Dronken heb ik in dezelfde straten gelopen
als hij
toch heb ik mijn beide oren nog
Dronken heb ik geneukt, geschilderd, gewacht
lang gewacht
ik wacht nog steeds
Dronken heb ik het vaak over dronken zijn gehad
met dronken en nuchtere mensen
aardappelen gegeten
zonnebloemen lief gehad
elke ster in de hemel
als honderden lichtvlekjes gezien
Dronken heb ik me geërgerd aan elke toerist
met een driehoekig blauw kokertje in zijn hand
die denkt dat hij een van de weinigen in de wereld is
die Vincent echt begrijpt
terwijl hij geen oog heeft voor de “aardappeleters”
van zijn eigen tijd
Dronken heb ik gevoeld
wat Vincent of elke ander dronken sterveling voelde
toen hij totaal eenzaam en geil – lopend naar huis – de angst
van steeds dichterbij komende nuchterheid zag aankomen