Landschap met wagen (Jan van Goyen)
of: De ooggetuige
H.H ter Balkt
Meer dan dertig jaar na de slag klautert hij
die erbij was, de verscherfde ooggetuige,
van de wagen van Jan van Goyen, herinnert
zich de gekraakten onder de raderen,
almachtig. Daar de lis, de door bliksem
besprongen eik. Gekerfd als Karel de Stoute
mompelt de getuige ‘Wat ik toen zag was vast
meer nog dan wat ik niet zag. De uitweg.’
Veelspakige wielen van de wagen rollen
dóór, na tweeëndertig winters. Geest op de tak
van de perenboom lost op in de houtrook
van vlammen bij de muur. Zeggen de zeearend
boven de zee, de haas in ’t bloedige veld
‘Wij zagen wat de ooggetuige niet zag.’
![]() |
![]() |
Landschap met schaatsers |
Dordrecht |
![]() |
![]() |
Scheveningen |
Haarlemmermeer |
![]() |
![]() |
Scheveningen |
Dordrecht |
![]() |
![]() |
Delft |
Dordrecht |
![]() |
![]() |
Dordrecht |
Leiden |
![]() |
![]() |
Leiden |
Nijmegen |
![]() |
![]() |
Haarlemmermeer |
Den Haag |
Dordrecht |