Gezicht in het noordtransept van
Westminister Abbey te Londen
(Samuel van Hoogstraten)
H.H. ter Balkt
Het verdwijnpunt ligt in Wenen of in Rome,
niet hier aan de Kil. In Londens verdwijnvalleien.
in de kijkkasten van steen waar de keizer tuurde
naar het donderden in Keulen. Mijn dwaaltochten
over, denkt hij, daar vooraan. En ook het hondje
achter het paar en hun schaduw op de plavuizen
rust. ’t Is herfstelijk hier als in een woud grenzend
aan water. Geen geluid dringt dóór van brand of pest.
Door zwepen voortgejaagd langs het veld met guichelheil,
achter het roosvenster oud vuur als in een late
keizertijd, zit hij die Rembrandts leerling was, bij
de pilaar met de lieflijke spreuk voor de armen.
‘Na het jaar met de drie zessen had ik nog twaalf jaar’.
Hoog in de abdij balt schemer zich al samen.
Samuel van Hoogstraten (Dordrecht 1627 – 1678) Gezicht in het noordtransept van Westminister Abbey te Londen geschilderd tussen 1662 en 1668. De pilaar met de lijfspreuk ‘Blessed is he that considered the poor‘.
![]() |
![]() |
Door kijkje 1662 |
Door kijkje 1670 |
![]() |
![]() |
Zelfportret |
Zelfportret |