Uit een
Maria Barnas
Hij ziet zich het liefst in het donker
van een andere gedaante staan de schilder
de denker de verre de vreemde
een bedelaar met de gebaren
van een menigte. Ik beeld zijn ogen af
door ernaar te kijken en zijn ogen
zetten mij neer volgen me dwars
door een gedetailleerde kamer.
De gedachten die ik vastleg leggen mij vast
dwingen de wens af een ander te zijn.
Ik schrijf over mijzelf en over mijzelf
alleen terwijl wij ons in uiteenlopende
gedaanten uiteen zien gaan.
zie ook:
Rembrandt – Aafjes, Rembrandt – Baeke, Rembrandt – Balkt, Rembrandt – Barnas, Rembrandt – Bernlef, Rembrandt – Boeken, Rembrandt – Brabander, Rembrandt – Brassinga, Rembrandt – Bruinja, Rembrandt – Claus, Rembrandt – Decker, Rembrandt – Emmens, Rembrandt – Enquist, Rembrandt – Gerhardt, Rembrandt – Gerlach, Rembrandt – Harmens, Rembrandt – Herzberg, Rembrandt – Hofman, Rembrandt – Kemp, Rembrandt – Knibbe, Rembrandt – Kopland, Rembrandt – Meekers,Rembrandt – Menkveld, Rembrandt – Moeyaert, Rembrandt – Schiferli,Rembrandt – Schulte-Nordholt, Rembrandt – Soepboer, Rembrandt – Spinoy, Rembrandt – Tentije,
Rembrandt – Vestdijk, Rembrandt – Vestdijk02, Rembrandt – Vestdijk03 Rembrandt – Wissen.
Gedichtencyclus Rembrandt en de Engelen
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |