Paul Delvaux ‘De IJzertijd’ 1951
Amper nog waarneembaar in het atelier;
Frans Deschoemaker
Amper nog waarneembaar in het atelier;
de huiver op de blanke huid
van het model, de damp uit kopjes thee.
Zo slaat geritsel van crinolines, pauwen,
vliesvleugels en ratelpopulieren neer
in de weefpatronen van verdures.
Zo condenseren stemmen onder de arcade
van een binnenhof te Veurne, zondagse
rumoeren, van de Compagnie de Wagons-lits
de uitgebeende poëzie. Een trein
is een gedicht. Een gedachte die de zeilen
strijkt in een stilgevallen zoniënstation.