Eva (12e eeuw), sculptuur oorspronkelijk aan de buitenzijde van de St. Lazarus kerk in Autun, werk van Giselbertus*
EVA, ZANDSTEEN, TWAALFDE EEUW
Rutger Kopland
Voor de steenhouwer was zij de eerste vrouw
op aarde – alsof je iets ziet van zijn deemoed
in de vrouw die hij schiep, zo trots is ze
haar ogen kijken langs ons weg, terug naar
wat achter haar ligt, al een mensheid ver
ze lijkt te denken aan hoe het begon, hoe ze
met Adam het paradijs verliet en ze samen
de eerste mensen moesten zijn
haar huid, haar mond waren nog glad en zacht
ze was geschapen om te worden bemind
en om kinderen te koesteren
maar de zon, de regen, de wind waarin ze leefde
hebben haar verweerd en de materie blootgelegd
waaruit ze werd gemaakt – de steen
de steen die er al was, een eeuwigheid
voordat ze zelf bestond
het geeft haar gezicht iets zeer nadenkends
een niet te peilen afstand
* Het ligt niet voor de hand dat Rutger Kopland dit beeld ook daadwerkelijk voor ogen had bij het schrijven van dit gedicht. Ik blijf nog even verder zoeken.