Jacob Kuijper ‘Boom in water’
(niet het schilderij als bedoeld in dit gedicht)
Jacob Kuijper: Meeuwen
Jan Kuijper
Zo gaat het nog. Er is genoeg te zien.
Als hij had toegegeven aan de meeuwen
waren ze alles komen ondersneeuwen
met een leeg doek als het gevolg van dien.
Nu zijn ze nog maar met een stuk of tien
aan ’t stilstaand vliegen en geluidloos schreeuwen.
De schepen liggen dubbel stil. Na eeuwen
zijn ze nog altijd niet vergaan, misschien.
Geen tweemaal doet zich hier hetzelfde voor:
er vliegen meeuwen, water is er ook
en schepen zorgen voor een beetje rook.
Ik blijf staan kijken of ik loop weer door
en ik wou wel dat er heel veel meeuwen kwamen
om voor voldoende wit te zorgen samen.
Jan Kuijpers sonnet met betrekking tot het schilderij Meeuwen van zijn vader Jacob Kuijper handelt ook over een tegenstelling, wat niet hoeft te verwonderen bij een sonnet. Het is de tegenstelling tussen kunst en werkelijkheid: in het eerste gedeelte van het gedicht gaat het over de geschilderde werkelijkheid en in het tweede wordt daar de realiteit tegenaan gezet. Ook het gefixeerde karakter van beeldende kunst is aan de orde, zoals in zoveel beeldgedichten. Meeuwen van Jacob Kuijper is in bezit van de kunstenaar zelf.
Wie het talent heeft om te zien, kan in het Gelderse dorp Varik elke dag een ander landschap aanschouwen. Dat de Varikse kunstschilder Jacob Kuijper dat talent had, wordt meteen duidelijk bij het bekijken van de landschapsschilderijen die Kuijper tussen ca. 1980 en 2005 maakte in en rond Varik. Het zijn landschappen die de rivier en zijn uiterwaarden in hun grootsheid uitbeelden, maar ook schilderijen die een trefzekere impressie geven van de cultuurgrond ‘achter de dijk’. Wie bekend is met het dorp, herkent in zijn werk niet alleen de bij het water gelegen ‘Bol van Varik’ en de onverzettelijke ‘Dikke toren, ijkpunt voor elke Waalschipper, maar ook de steeds wisselende, maar altijd weer wondere wolkenmassa’s boven de Waal en de kleuren van bloei en bloesem in de Betuwse meimaanden.
Jacob Kuijper (1919-2007), schoonzoon van schilder Jan Sluiters en vader van dichter Jan Kuijper, woonde en werkte als kunstschilder en docent van de Amsterdamse Rijksacademie jarenlang in Amsterdam. Na zijn pensionering als docent huurde hij een oude dorpsschool in Varik en begon daar te werken aan zijn ode aan de Waal en het Betuwse landschap daaromheen. Zo schilderde hij honderden landschappen in Varik en omgeving. De schilderijen hebben een heel eigen karakter dankzij het gebruikte materiaal -‘Zaans bord’ (een dik handgeschept papier dat van linnen, katoen en hennep gemaakt wordt) en tempera (een in water oplosbare verfsoort met olie en ei of caseïne) – en dankzij de gehanteerde techniek – Jacob Kuijper maakt eerst tekeningen in het landschap met rood en blauw potlood (voor de warme en koele kleuren) en gebruikt die als bron voor de tempera’s die hij in zijn atelier schildert.
Collega-beeldend kunstenaar én dorpsgenoot Willem den Ouden maakte een selectie van deze schilderijen voor de uitgave De Varikse landschappen van Jacob Kuijper. Jan Kuijper stelde op basis van de dagboeken van zijn vader een inleiding samen. In het boek staat tevens het gedicht ‘Meeuwen’, dat Jan Kuijper ooit bij een schilderij van zijn vader schreef.