Schreeuw
Lucienne Stassaert
Op die brug toen de bloedende zon
door dravende wolken ontvoerd werd
en de angst in spiralen klom:
“Nog niet!” huilde een stem
als een kind aan de grens der geboorte –
Moeder natuur, zijn naakt model,
slokte de paarse stilte in,
muziek van blauwe sferen
die natrilde in hem.
Later, in zijn herinnering,
tekende hij witte waarzin aan
de sneeuwen snaren van de maan.
De rammeltijd is dan voorbij –
De Lorelei die hem betoverde
een boze, sprakeloze droom,
merrie van nacht, ontroomd fantoom.
Vervloekte, radeloze min!
Hij sluit voorgoed die na zang in.